Ommen

Nieuwe schepping

Nieuwe schepping

Nu ik dit schrijf, is het nog halfvasten. We leven toen naar de viering van het Paasfeest. Maar wanneer U dit leest, is het waarschijnlijk al weer mei, leven we volop in de vreugde om de Verrezen Heer, en is ook buiten de nieuwe lente inmiddels volop zichtbaar. De natuur lijkt wel een ‘nieuwe schepping’.

Hieraan moet ik denken naar aanleiding van wat de apostel Paulus hierover schrijft. In heel wat van zijn brieven spreekt hij over deze ‘nieuwe schepping’. Hiermee bedoelt hij de hoop op nieuw leven bij God. Dit bestaan is nog onvolmaakt, zo zegt Paulus in het ‘Hooglied van de liefde’ (1 Korintiërs 13) ons kennen is nog stukwerk, we weten niet hoe het zal zijn als ook wij het tijdelijke zullen hebben verwisseld voor het eeuwige. Maar toch hopen wij eens thuis te mogen komen bij Onze Lieve Heer.

Dat de hoop op een ‘nieuwe schepping’ ook leeft onder U, bleek me laatst nog bij een uitvaartviering. Tot mijn verrassing hadden de nabestaanden gekozen voor een gedeelte uit de brief aan de Filippenzen (3, 20-21). Deze keuze had ‘praktische’ motieven zo bleek, het is een lekker kort stukje (en niet ‘te zwaar). Maar er zat ook nog wel een andere reden achter. De kinderen van de overledene vertelden, dat de laatste jaren voor hun moeder best zwaar waren geweest. Ze was een schat van een mens, een hele lieve vrouw en moeder. Maar toch: zeker fysiek werd zij geconfronteerd met de kwetsbaarheid van dit lichamelijk bestaan. Leef je onder zulke omstandigheden (je wilt nog zo graag, maar lijf en leden werken niet meer mee) dan hoop je (met je naasten) dat er een moment mag komen, dat je je leven uit handen mag geven aan Onze Lieve Heer, en dat je – delend in zijn eeuwige liefde, een nieuwe mens, een nieuwe schepping, mag worden.

Deze hoop op een nieuwe schepping zie je ook terug in tal van liederen, die rondom Pasen, maar ook wel eens bij uitvaarten zingen. Neem nu het lied: “De steppe zal bloeien”. Ons leven kan droog en dor, koud en kil zijn. Maar toch proberen we de moed erin te houden, we doen ons best om er wat van te maken. De dichter van dit lied – Huub Oosterhuis – voelt haarfijn aan, hoe graag wij het gevoel zouden krijgen, dat de rotsen opengaan, dat het water zal stromen, tintelen en stralen en dat wij – dorst als we hebben – zullen komen drinken. Kon in deze weerbarstige wereld, zo vol van ellende en narigheid, de steppe, waarin we ons bevinden, maar eens in bloei komen staan. Dan zouden we lachen en juichen !

Gaat het om een nieuwe schepping, dan denk ik ook aan duurzaamheid. Deze week was er nog weer een bericht, dat er ergens een potvis was aangespoeld, met allemaal plastic in zijn maag. Allemaal welvaartresten, door ons mensen weggeworpen. Hoe lang zal de natuur nog overleven, hoe lang blijft onze aarde nog bewoonbaar ?

Bij een nieuwe schepping sta ik voorts stil bij menselijke verhoudingen. Zojuist sprak ik nog een Afrikaanse priester. Hij vertelt, dat bij hem – in Oeganda – de kerken nog vol zitten, en dat de bezoekers aan de vieringen dansen tijdens de liturgie. Konden wij nuchtere westerlingen ook maar zo swingen, zo verzucht ik wel eens. Dan zouden we toch veel gemakkelijker met elkaar kunnen omgaan, en zou er meer schwung zitten in onze onderlinge relaties.

Tot slot noem ik U – als het gaat over een nieuwe schepping – nog de inspiratie, die ik opdeed bij een bespreking met andere sportieve pastores. Met ons vijven zijn we betrokken bij NKS Voetbal. NKS staat voor: Nederlandse Katholieke Sportfederatie. Naar aanleiding van het recente document van onze paus over de relatie tussen geloof en sport (“Giving the best of yourself”, in het najaar zal er een Nederlandse vertaling verschijnen), zeiden we tegen elkaar, dat we ook nieuwe mensen kunnen worden, als we gezonder zouden leven. Niet alleen onder priesters is het ‘goede leven’ zichtbaar. Maar ook anderen onder ons bewegen veel te weinig. Hoe kunnen we achter het autostuur, achter onze computers en achter onze vergadertafels vandaan komen, en meer gaan wandelen ? Van Ommen lees ik, dat ze een ‘wandelende gemeente’ wil zijn. Dit zal voor de andere locaties in ons mooie gebied ook wel gelden. Laat ons dan – in Bijbelse woorden – ‘wandelen in het Licht van de Heer’, en zo een ‘nieuwe schepping’ worden.

Dat het zo mag zijn. We vragen het aan Jezus Christus, onze Verrezen Heer.

Pastoor André Monninkhof