Vijftig jaar plattelandsvrouwenorganisatie
Van huishoudkunde naar emancipatie
Vrouwen waren als moeder eertijds verantwoordelijk voor het reilen en zeilen van het gezinsleven. Dat was een behoorlijk zware taak. Kinderen krijgen en opvoeden, zorgen voor de maaltijden, het huis schoonhouden, de was doen en de wekelijkse boodschappen.
Het was een vaststaand rollenpatroon; de gezinshoofden, zoals de mannen toen nog werden aangeduid, werkten lange dagen in loonarbeid. Als men een boerderij bezat, was de boer verantwoordelijk voor de zorg van het vee en de bewerking van het land. Er moest tenslotte wel geld op de plank komen.
Vanaf ongeveer 1930 ontstaan er her en der boeren- en plattelandsvrouwenorganisaties. Doelstelling daarvan was de belangenbehartiging van deze organisaties in de ruimste zin van het woord. Speerpunten waren onder andere het meewerken aan de verbetering van de culturele, maatschappelijke en economische toestand op het platteland. Daartoe behoorde ook de bevordering van de ontwikkeling van het vakonderwijs voor vrouwen en meisjes.
Op de cursussen die werden aangeboden, werden onderwerpen behandeld waarin de vrouw als huisvrouw en moeder centraal stond. In de loop van de tijd speelden die cursussen steeds meer in op nieuwe ontwikkelingen in de samenleving. Zaken als opvoedkunde, maatschappelijk werk, emigratie en vrede kwamen steeds vaker op de agenda.
Ook in Ommen waren deze organisaties actief. In de tijd dat deze organisaties werden opgericht, kenden we in Nederland nog de zogenaamde zuilen-indeling. Daarin hadden alle religieuze en sociale richtingen hun eigen organisaties.
Nu is dat niet meer aan de orde en ziet men bij allerlei organisaties fusies en samenwerkingsvormen. Dat had tot gevolg dat men stopte met de eigen ‘zuil’-organisatie. Dit gebeurde ook met de Katholieke plattelandsorganisatie KPO in Ommen. Deze organisatie heeft meer dan 50 jaar bestaan. Door gebrek aan nieuwe bestuursleden was men gedwongen met de activiteiten te stoppen en werd deze Ommer vrouwenorganisatie opgeheven.
In dit verhaal besteed ik vooral aandacht aan de geschiedenis van deze organisatie. Mogelijk komt deze geschiedenis ook overeen met andere vrouwenorganisaties in Ommen. Want de KPO zal niet de enige ‘zuil’-organisatie zijn die er toen mee is gestopt.
Oorspronkelijk was de katholieke plattelandsorganisaties al sinds 1920 onderdeel van de ABTB (Aartsdiocesane Boeren en Tuinders Bond). De KPO behartigde de belangen van de vrouwen binnen gezin, kerk en samenleving. Vanaf 1960 was de binding met het platteland niet meer nodig.
Vanaf die tijd werd bijvoorbeeld de KPO Overijssel een zeer actieve afdeling die in 1987 zo’n 13.000 leden telde verspreid over 148 afdelingen. In 1951 werd de KPO Ommen opgericht. Als organisatie viel ze nog steeds onder de ABTB en was daarom geen zelfstandige organisatie. Maar de leden van de KPO Ommen wilden toch graag zelfstandig worden zodat ze hun eigen plan konden trekken.
De Ommer vrouwengroep opereerde vanaf 1994 zelfstandig onder de naam KKB (Katholieke Kontaktgroep Brigitta), genoemd naar de patroonheilige van de R.K. Kerk in Ommen. Na 50 jaar plattelandsvrouwenorganisatie besloten het bestuur en de leden echter in een daartoe uitgeschreven vergadering de organisatie op te heffen wegens gebrek aan belangstelling, vooral voor de diverse bestuursfuncties. Op 17 januari van het vorig jaar viel het doek en was het einde jammer genoeg daar.
Door de jaren heen zijn er heel wat onderwerpen behandeld op de bijeenkomsten. Maar ook op de aangeboden cursussen werden heel veel zaken behandeld. Het was niet alleen maar vergaderen en cursussen ‘doen’, men deed ook leuke dingen zoals dagjes uit en fietstochten maken.
Vooral in het begin waren de vrouwen als huismoeders op bepaalde bijeenkomsten bezig met zaken hoe ze nog beter konden functioneren in de huishouding. Op zich was dat ook nodig omdat er geleidelijker aan modernere technieken op de markt kwamen die ook toegepast konden worden in de huishouding. Ze moesten nog leren hoe ze met al die nieuwe dingen om moesten gaan.
Een voorbeeld? Er kwamen échte matrassen gevuld met kapok op de markt. Want tot dan toe sliepen de meeste mensen nog op strozakken als matras. Maar hoe ga je dan om met zo’n nieuwigheid? Op cursussen werden de deelnemers dan wegwijs gemaakt. Zo waren er steeds meer nieuwe dingen die de aandacht vroegen.
Geleidelijk aan werd er ook steeds meer aandacht besteed aan de emancipatie van de vrouwen. Ze traden steeds meer naar buiten, los van hun huishoudelijke plichten.
De cursussen gingen steeds vaker over moderne onderwerpen zoals woninginrichting, maatschappelijk werk, emigratie, opvoedkunde en vrede. Het bestuur van de KPO timmerde goed aan de weg, om dat zo maar eens te zeggen. Ze organiseerden in de loop van de 50 jaar die ze bestonden diverse bijeenkomsten met verschillende thema’s. Om daar een idee van te krijgen mocht ik beschikken over het volledige notulenboek van de stoppende vrouwenvereniging. De volgende activiteiten zijn in al die jaren behandeld. Een korte opsomming daarvan:
-
Een lezing van Caro Care met als item de dagbesteding voor ouderen met behulp van zogenaamde hulphonden.
-
Een bijeenkomst met een notaris over erven en het testament.
-
Een volgende bijeenkomst was met een osteopaat die alles vertelde over de functie van de spieren in het menselijk lichaam en over verlichting bij artrose en botbreuken etc.
-
De dames brachten een bezoek aan een groot modern veeteeltbedrijf met boerderijwinkel om daar precies te horen hoe zo’n bedrijf functioneert.
-
Er werd veel aandacht aan zieken en ouderen besteed.
-
Wat ik ook bijzonder vond, was een filmvertoning met als titel ‘Ommuurd bestaan’,
een film waarin tekst en uitleg werd gegeven over het leven van veroordeelden in gevangenissen.
-
Een lezing over transplantaties in Nederland, maar ook in het buitenland.
-
Ook het kloosterleven kwam op een bijeenkomst aan de orde. Kloosters bestaan al heel lang. Ze zijn feitelijk ontstaan doordat bepaalde mensen alleen wilden wonen, dit waren zogenaamde ‘woestijnmonniken’, kluizenaars of heremieten. Hier in Nederland kennen wij kloosters van de Benedictijnen, Franciscanen en Karmelieten. De kloostermonniken en -zusters hebben zich niet afgesloten van de samenleving. Ze boden en bieden hulp aan zieken en hulpbehoeftige mensen en ze gaven les op scholen.
Ook volgden de vrouwen een lezing over de hersenen en het menselijk geheugen onder de titel ‘Geheugen en vergeten’. Hoe werkt het geheugen en wat zijn de verschillen bij jongeren en ouderen.
-
Ook werd aandacht geschonken aan de internationale vrouwendag. Wat mij bij het lezen van al die vergaderingen opvalt, is dat elke bijeenkomst geopend werd met een gedicht.
-
Hun allerlaatste bijeenkomst ging over transgender-problematiek met als spreker Willemijn-Ahlers. Zoals te lezen valt, waren de vrouwen van de KPO/KBB naast de verzorging van het huishouden volop bezig met zaken die speelden in de samenleving. Hierdoor werden ze steeds zelfstandiger in de maatschappij.