Een jongeman ligt doodziek op bed, als een verpleegster binnenkomt, en hem vraagt: ‘Bent U christen?’ De jongeman ziet het eigenlijk niet meer zitten. Maar na deze vraag van de verpleegster vat hij moed, voltooit zijn behandeling en mag herstel vinden.
‘Bent U christen?’ Voor de jongeman is deze vraag het beste medicijn, dat hem op dat moment kan worden gegeven. Hij heeft een engel op zijn schouder, deze vraag is voor hem een geschenk uit de hemel. De verpleegster in kwestie doet me denken aan Florence Nightingale, die eens weldoende rondging onder de soldaten aan het front en hen, in een situatie van uitzichtloosheid, een hart onder de riem stak.
‘Bent U christen?’ Hoe klinkt deze vraag ons in de oren? Hoe verhouden wij ons tot de omstandigheden, waarin wij nu moeten leven? Zeker in deze moeilijke tijden wordt ons uithoudingsvermogen op de proef gesteld. Zoveel staat op losse schroeven. We horen het ene slechte nieuws na het andere. Woar geet op an? Dit is een vraag, die ons bezig houdt. Kunnen wij vertrouwen, ook als het moeilijk is?
Ook onze overleden paus Franciscus zal zich deze vraag meer dan eens gesteld hebben. Toch was hij, midden in de coronapandemie, voor velen een baken van hoop toen hij eind maart 2020 met het Kruis voorop een leeg Sint Pietersplein opliep en stad en wereld (‘Urbi et Orbi’) zegende met het Allerheiligste.
Juist in dit heilig jaar nodigt hij ons uit om ‘pelgrims van hoop’ te zijn. Om vertrouwen te houden in de toekomst. Wat er ook gebeurt, juist als christenen mogen we hopen op eeuwig leven. Nu, in dit aardse mogen we elkaar bemoedigen en troosten. Maar ‘straks,’ wanneer we zijn overgegaan naar het huis van de Heer, mogen we met elkaar het eeuwig Paasfeest vieren. Vanuit deze overtuiging leefde paus Franciscus. ‘De dood is niet het einde,’ zo schreef hij nog op het laatst van zijn leven. Dat ook wij vanuit dit geloof christen mogen zijn.
Pastoor André Monninkhof